Spraakcomputer

Simon is de eerste jaren van zijn leven stil geweest. Het eerste jaar huilde hij welgeteld 10 keer en niet langer dan een minuut. Dat is best bevreemdend bij een baby en wennen deed het ook niet. Brabbelen deed hij nauwelijks. Toen hij bijna 3 was gebruikte hij een paar woordjes, maar dan wel de belangrijkste, mama en ja. Ik vraag me nog steeds af waarom en hoe hij die heeft kunnen leren. Zo’n niet sprekend jongetje dat wel mama zegt. Het was een mooi kado. Ik denk dat de voorzienigheid daar voor heeft gezorgd.

Gelukkig hadden we de gebaren. Daarvan maakte hij zich er veel eigen in een prachtig dialect. We maakten daarom een instructiefilmpje voor als er een oppas was.
Toen hij ruim 3 was, kreeg hij plotseling enorm veel te vertellen. Hij maakte complete zinnen, hele mooie zelfs. De logopediste had het over zinnen van wel 5 woorden.
Zo fijn. Wel jammer dat niemand ze goed kon verstaan. Want een zin van Simon klonk als: ta ta tata ta, ta ta tata. Dit hield vrij vertaald het volgende in: als ik wakker word, ga ik spelen.
We werden er allengs beter in en vooral zijn zus bleek een kei in vertalen.

Omdat hij wel een grote wens tot communiceren had, stond een spraakcomputer al heel lang op ons wensenlijstje. De therapeuten van de therapeutische peutergroep die hij bezocht ondersteunden in de aanvraag.
Er moest beoordeeld worden of hij er wel iets aan had, aan zo’n spraakcomputer. Dit beoordelen deed een meneer die in het begin van het gesprek zei: daar zitten we dan. En daarna zei: en we gaan vandaag beoordelen of Simon een spraakcomputer krijgt. Ik voelde zenuwen. De criteria waren mij niet geheel duidelijk. Hoe ernstig moest het voor de zorgverzekeraar zijn wilden ze tot vergoeding overgaan?

De criteria bleven vaag tot Simon er bij moest komen.
Blij kwam Simon binnen en zei onmiddellijk monter: ta ta tata te mama ta ta tatata. Ehmmmm….Even denken Simon, zeg het nog eens? Ta ta tata te mama ta ta tatata. Hij maakte er nog wel wat gebaren bij.
Bijna was ik bang dat hij al te goed zou praten, dat die meneer zou zeggen: ja maar mevrouw, hij praat nu toch? Maar de meneer vond het nut onmiddellijk bewezen, en ik dacht verwondering te zien over het feit dat ik Simon verstond, maar dat kan ook door mijn opluchting geweest zijn.
Daarmee kwam de spraakcomputer zijn leven binnen.

Voor wie nog wil weten wat Simon zei: ik ga samen met mama op de computer.
En dat was toch maar mooi een zin van 8 woorden.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *